Skip to main content

Redactioneel

Eindelijk … het regeer- en gedoogakkoord is rond.

De taakstellingen zijn helder en één ding is zeker: er moet in vrijwel alle domeinen fors bezuinigd worden. Ondanks die grote bezuinigingsdoelstellingen streeft de overheid permanent (en ook nu) naar verbetering van de dienstverlening aan de burger en aan ondernemend Nederland. Concreet houdt dat in dat dingen beter, efficiënter en anders moeten. Anders dan dat we tot op heden gewend zijn.

Het was Albert Einstein die ooit zei: ‘If you do what you did, you get what you got’. Uitgaande van deze zeer wijze, maar o zo voor de hand liggende uitspraak, betekent dat dus dat we in Nederland dingen anders moeten gaan doen. Wellicht fundamenteel anders.

Vanuit de verandertheorie moge het volstrekt helder zijn: je kunt een rups niet leren vliegen. Voordat een rups vliegt, is er een ingrijpende transformatie nodig. Een transformatie van rups naar vlinder is pijnlijk. Die pijn schijnt nodig te zijn om de vlinder de kracht in zijn vleugels te laten ontwikkelen. Zonder pijn worden die vleugels niet krachtig genoeg, en vliegt de vlinder niet.

De overheid staat voor een grote uitdaging, zij heeft zich uitdagende doelen gesteld. De vraag is of deze doelen langs de weg van de geleidelijke verandering realiseerbaar zijn. Als relatieve buitenstaander lijkt het overduidelijk dat ook de overheid pijn voelt. En dat die pijn ook nodig is om anders te kunnen gaan acteren. Een bekend gegeven is echter dat mensen als het even kan, pijn uit de weg gaan. En ook dat is niet onlogisch en ook niet in alle gevallen onwenselijk. Vele departementen en overheidsorganisaties staan voor een moeilijke keuze: ingrijpende transformatie daar waar nodig, geleidelijke verandering daar waar mogelijk. Het mooie is dat wereldwijd al vele organisaties, binnen en buiten de publieke sector, veranderingen hebben meegemaakt, en dat daarvoor theorieën, methoden en hulpmiddelen zijn ontwikkeld. We hoeven het wiel niet opnieuw uit te vinden.

In deze speciale overheidseditie van Compact geeft KPMG een aantal concrete hulpmiddelen en casusbeschrijvingen waarmee binnen de overheid de beoogde veranderingen bewerkstelligd kunnen worden. Deze hulpmiddelen zijn door KPMG samen met haar cliënten zowel binnen als buiten de overheid met succes toegepast. Belangrijk om te beseffen is dat het woord ‘hulpmiddel’ precies omschrijft wat het is: ‘een middel waarmee men geholpen wordt’. De belangrijkste voorwaarde voor succesvolle verandering is echter het ‘voelen’ van de noodzaak tot verandering en deze ook ‘willen’ doorvoeren. Zonder de noodzaak en de wil is een hulpmiddel niet meer dan een hulpmiddel.

Op basis van onze ervaring binnen de overheid merken wij dat op vele fronten zowel de noodzaak als de wil aanwezig is en dat het momentum voor verandering nu dáár is. Wij hopen met het aanreiken van de hulpmiddelen in deze Compact handvatten te geven om de gewenste veranderingen succesvol door te voeren.

Drs. G.J.W.C. Vankan RE